klas 3C, schrijfopdracht 7 interview

"Soms krijg ik gewoon koppijn van het denken"
 
Arian Maclean is 29 jaar, heeft een vwo-diploma en heeft technische bedrijfskunde gestudeerd. Toch is hij softwareontwikkelaar geworden.
 Wat is een softwareontwikkelaar?Een softwareontwikkelaar is iemand die computerprogramma's, customize software, maakt en onderhoudt voor de eindgebruikers. Meneer Maclean omschrijft het zo: "Wat ik doe, is gebruikswensen vertalen in een applicatie.” Dat vertalen bestaat uit ontwerpen, ontwikkelen en heel veel testen. Maar het belangrijkste is, dat je duidelijk weet welke informatie in de applicatie verwerkt moet worden.

Als softwareontwikkelaar werk je op verschillende bedrijven. Je wordt tijdelijk in dienst genomen bij een bedrijf, om daar een applicatie te maken. Je moet in dat bedrijf samen werken met de softwareontwikkelaars die daar vast in dienst zijn, dit vindt Maclean erg leuk omdat je elkaar aan kunt vullen en van elkaar kunt leren.

Van wens naar programma

Als je begint met het maken van een applicatie, analyseer je eerst bij de gebruikers welke informatie er in het programma moet komen en welke wensen zij voor het programma hebben. Daarna ga je een ontwerp voor het programma maken, vaak op papier, en bespreek je het  met de klant. Als het ontwerp goed gekeurd is, kan je beginnen met het ontwikkelen van de applicatie, hiervoor moet je, wat je op papier geschetst hebt, in software omzetten, hiervoor gebruikt men veel programmeertalen en codes. Als dit gebeurt is, begint het testen, dit heet de acceptatie. Het programma wordt getest door een soort van test team. Na het testen, bespreken ze de fouten die ze gevonden hebben, met de softwareontwikkelaars en deze lossen de fouten op, het is soms een heel gedoe om de fout te vinden en weer op te lossen, Arian:”Soms krijg ik gewoon koppijn van het denken, maar als ik de oplossing dan eindelijk heb gevonden, geeft dat een kick.” Als het programma grondig getest is en er worden geen fouten meer gevonden, dan komt het programma live, dit heet de productie. Meestal worden er daarna toch nog fouten gevonden of er zijn nieuwe wensen van de gebruikers, deze nemen de softwareontwikkelaars dan weer op in de applicatie. Soms duurt het maken van een applicatie maar een maand, maar soms ook wel twee jaar.

Het leukste project dat Arian ooit heeft gedaan, vindt hij het project dat hij heeft gedaan, toen hij bij de sociale dienst in Den Haag, in dienst was. Hij moest toen met nog een paar softwareontwikkelaars, een  programma maken om gegevens over te zetten. Het maken duurde een jaar, daarna moesten ze naar Den Haag om daar de gegevens over te zetten. Ze waren er om zeven uur en het gebouw ging om acht uur dicht, ze moesten het programma aanzetten, het overzetten zou dan heel de nacht duren. Toen ze het programma probeerde aan te zetten, kregen ze een error. Deze probeerde ze op te lossen maar dat lukte niet. Arian:”Pas om vijf voor acht lukte het.”

Maar de collega’s wisten niet zeker of er verder in het programma nog fouten zouden zitten. ’s Ochtends bleek gelukkig, dat bijna alle gegevens waren overgezet.

Toen ik vroeg of Arian dit beroep altijd wil blijven uitoefenen, antwoordde hij dat hij softwareontwikkelaar een leuk, creatief beroep vindt, alleen hij vindt het jammer dat je heel de dag achter de computer zit, dus hij zou best een beroep met meer natuur willen uitoefenen.